In een aantal vergaderingen heeft de generale synode zich aan de hand van een rapport van de werkgroep homoseksualiteit (lees hier)
bezonnen op dit onderwerp. Het rapport biedt zowel een bezinning op het spreken van de Bijbel met betrekking tot homoseksualiteit, alsook een handreiking hoe hier in het pastoraat mee om te gaan.
De bespreking kon ditmaal worden afgerond. Het rapport is door de synode unaniem aanvaard en zal op korte termijn als een pastorale handreiking aan de kerkenraden worden toegezonden. Hieronder een samenvatting
van de voornaamste conclusies uit het rapport:
COMMENTAAR
Als we eens het gedeelte uit 1 Korinthe 6:10 lezen dan schrijft de apostel Paulus dat degenen die bij mannen liggen (homoseksuelen) het Koninkrijk Gods niet zullen beërven. Dat geldt zolang ze onbekeerd
en onverzoend met God in Christus door het leven gaan. Dat geldt overigens voor ons allemaal van nature, want we zijn allemaal van dezelfde lap gescheurd. Totdat Gods Geest de wet ter hand neemt,
en de zondaar gaat overtuigen van zonde, gerechtigheid en oordeel. Want de Heere doet een afgesneden zaak op de aarde. De oude mens dient aan deze zijde van het graf de doodsteek te krijgen zodat
deze oude mens door de wet der wet sterft om Gode levend gemaakt te worden (Gal. 2:19-20). Dat gaat in een weg van vrijwillige strafaanvaarding zoals we in Leviticus 26:41 kunnen lezen.
Het is de weg waarvan geldt dat achter de dood het leven ligt, namelijk in Christus. Ik ben met Christus gekruist, en ik leef, doch niet meer ik, maar Christus leeft in mij (Gal. 2:20).
De apostel gaat in 1 Korinthe 6:11 verder, want nadat dit wonder van de levendmaking is geschiedt, geldt: En dit waart gij sommigen; maar gij zijt afgewassen, maar gij zijt geheiligd, maar gij zijt
gerechtvaardigd in de Naam van de Heere Jezus en door de Geest onzes Gods (1 Kor. 6:11). Geachte lezer, dan was je een homoseksueel, maar je bent het niet meer. Dan ben je pas waarlijk een Christen,
zoals ook Handelingen 11:26 beschrijft. De homoseksuele man uit 1 Korinthe 6:10 die bekeerd is geworden zal dus zeggen met de woorden uit 1 Korinthe 6:11: Dit was ik in mijn eertijds, maar nu ben ik
het niet meer. God heeft mij verlost van de heerschappij des duivels en mij onder de heerschappij van Koning Jezus gebracht.
De homoseksueel die uit zijn doodstaat is verlost, zal zich dus geen homoseksueel meer noemen. Tegenwoordig noemen ze zich een christen-homo, of een christen met een homoseksuele gerichtheid.
Men laat de oude mens samen met de nieuwe mens optrekken, terwijl Gods Woord leert dat de oude mens gedood wordt (niet stervende) en de nieuwe mens in Christus wordt opgewekt. Zijn dezulken dan de zonde te boven?
Ach, ze weten zich geheel vleselijk, verkocht onder de zonde. Maar dat is wat anders dan zich een christen met een homoseksuele gerichtheid (christen-homo) te noemen. Ook de HHK leert dat er christen-homo's bestaan
zoals het persbericht stelt. De Farizeeën leerden dat alleen de uitvoerende daad zonde is, en dat leert de HHK dus ook. De Heere Jezus leert: "Maar Ik zeg u, dat zo wie een vrouw aanziet om dezelve te begeren, die heeft alrede overspel in zijn
hart met haar gedaan (Matth. 5:28)." Dus de gedachte is al de daad. Ook het spreken is al de daad. Dus zeggen dat je homoseksueel bent is al zonde, want ook dat is niet uit het geloof. De apostel Paulus leert
in Romeinen 7: "Ja, ik kende de zonde niet dan door de wet; want ook had ik de begeerlijkheid niet geweten zonde te zijn, indien de wet niet zeide: Gij zult niet begeren (Rom. 7:7)." Men preekt de wet niet
meer tot verdoemenis, en dan is er ook geen plaats voor het Evangelie. Het worstelen met een homoseksuele gerichtheid, waar de HHK van spreekt, zijn dus allemaal worstelingen onder de heerschappij des duivels.
Dezulken zijn nog onder de wet, dus onder de vloek. Ze spreken hun zonde nog steeds vrijuit, zoals de profeet Jesaja getuigt (Jes. 3:9). Ze schamen zich in het minst niet, want als je je werkelijk voor God gaat
wegschamen dan gaat de hand op de mond en dan laat je het wel uit je hoofd om je zonde te etaleren aan anderen. Dan kom je ook niet op de proppen met je zogeheten homoseksuele gerichtheid. Dat worden de verborgen
plaatsen gevonden waar men voor God in de schuld komt. Tegenwoordig moeten er voor deze zonde werkgroepen worden opgericht, stichtingen worden opgericht (Hart voor homo's), studiedagen worden gehouden, rapporten
worden geschreven. Terwijl Gods Woord duidelijk genoeg is, en de Geest spreekt ook duidelijk dat men zich in de laatst tijden begeeft tot verleidende geesten en leringen der duivelen (1 Tim. 4:1).
Al die homo-rapporten in Neêrlands kerken zijn niet anders dan leringen der duivelen.
Als men handelt met homofilie als met pedofilie dan krijg je straks hetzelfde. Je mag geen pedofiele relatie hebben met een kind, maar je mag wel ambtsdrager zijn als je een pedofiele gerichtheid hebt.
Je mag zelfs zeggen dat je een christen-pedo bent. Als je maar in het spoor van Gods Woord begeert te gaan. We zien met de discussie rond homoseksualiteit dat men een specifieke zonde gaat opsplitsen in
een gerichtheid (zo ben je geboren) en een praxis (relaties). Men kent homoseksualiteit een bepaalde exclusiviteit toe. Ik zal u zeggen dat dit allemaal met de tijdgeest te maken heeft, en dus aards, duivels is.
Gods Woord maakt dat onderscheid nergens. Niet met homofilie, niet met pedofilie, niet met hoererij, niet met overspel. Want het Woord Gods is levend en krachtig, en scherpsnijdender dan enig tweesnijdend
zwaard, en gaat door tot de verdeling der ziel en des geestes, en der samenvoegselen en des mergs, en is een oordeler der gedachten en der overleggingen des harten (Hebr. 4:12). De huidige godgeleerdheid
staat naar verandering. We zien het ook met dit homorapport. Het gaat elke keer stapje voor stapje. Koning Salomo heeft wijze lessen opgetekend (door Gods Geest die in hem was) en schreef: "Mijn zoon, vrees
de HEERE en de koning; vermeng u niet met hen, die naar verandering staan. Want hun verderf zal haastelijk onstaan; en wie weet hun beider ondergang? (Spr. 24:21-22)"
Men wil barmhartiger zijn dan God omdat ze het Woord Gods verdraaien, zoals de Farizeeën deden, en geboden leren die leringen van mensen zijn.
Ook wil men barmhartiger zijn dan God door homoseksuelen niet onder de Bijbelse tucht te plaatsen. Van de Bijbelse tucht lezen we een voorbeeld in 1 Korinthe 5, en als wonder van genade, de waarachtige
bekering van de zondaar in 2 Korinthe 2, en vervolgens de wederopneming in de gemeente. We zien in 1 Korinthe 5:11-13 dat degenen die in openbare zonden leefden en daarin volhardden, uit de gemeente
des Heeren verwijderd moesten worden. Dat geldt dus ook degenen die door hun spraak openbaar maken dat ze homoseksueel, pedoseksueel, dronkaard enz.. zijn. De Bijbelse tucht is gefundeerd in de liefde
Gods. Die Bijbelse tucht wordt echter gemist vandaag de dag. Men legt al die zogenaamd worstelende homoseksuelen de handen op, terwijl men de wet Gods dezulken dient te prediken. Als God een mens bekeerd
dan wordt ook de scheppingsorde hersteld zoals de apostel Paulus beschrijft in 1 Korinthe 11:3. De Heere zal er ook voor zorgen dat Zijn ondertrouwde bruid (Sulammith) niet in onnatuurlijke zonden zal vallen
(incest, homofilie, pedofilie, zelfmoord) en ook de zonde tegen de Heilige Geest niet zal bedrijven, ook al vrezen ze menigmaal die wel bedreven te hebben. Het pastoraat wat de apostel Paulus mocht doen, was
werkelijk Bijbels pastoraat. Het homorapport van de HHK zal dit pastoraat niet bevatten.
Als ds. Johannes Bogerman (1576-1637) de voorzitter geweest was van deze generale synode dan had hij ze er allemaal uitgebulderd omdat hij de ere Gods liever had dan de eer van de mens. Er zijn geen Bogermans meer
maar stomme honden die niet bassen kunnen. Hun wachters zijn allen blind, zij weten niet; zij allen zijn stomme honden, zij kunnen niet bassen; zij zijn slaperig, zij liggen neder, zij hebben het sluimeren
lief (Jes. 56:10). We moeten helaas, en met droefheid, vaststellen dat de HHK in het spoor gaat van de CGK, en het einde van de hele discussie is nog niet in zicht. De HHK is ten dode opgeschreven, en dit soort
unanieme homobesluiten is daar een teken van. Men merkt de oordelen Gods niet meer op en is totaal verblind met hun zogenaamde barmhartigheden richting homoseksuelen. Het is niet anders dan de barmhartigheden van de
goddelozen, en die zijn wreed (Spr. 12:10). Destijds wilde ds. D. Burggraaf zich niet uitlaten over homoseksuelen met een relatie toen hem daar naar gevraagd werd in een interview met Chris Klaase (dagblad Trouw, 13
november 2016). Deze ds. Burggraaf heeft een website (hominee.nl) waarop hij schrijft: "weblog van een ontheemde dominee onderweg". Hij heeft een fonds Hominee opgericht, waarbij de naam van het fonds moet verwijzen
naar een huis (home) voor een dominee. Vreemd dat hij voor huis het Engelse woord 'home' neemt, maar niet voor dominee het Engelse woord 'pastor'. Nu kun je het ook samenstellen uit homo en dominee.
Ze wekken dus de schijn dat ze homo en dominee bedoelen. Onthoudt u van alle schijn des kwaads (Fil. 4:8), maar nee,
zelfs met deze dubbelzinnige websitebenaming gaan ze door met hun goddeloze praktijken en ook nog om mensen geld af te troggelen.
Als het gaat over homorelaties, waar ds. D. Burggraaf zich dus niet over wil uitlaten, dan is dit echter het volgende bastion wat nog geslecht moet worden. In de PKN is dit station al gepasseerd. Je kunt daar nu zelfs
al een zegen vragen over een nieuw begin als je van man naar een vrouw bent omgebouwd of vise versa. Transgenderisme noemen we dat. Het is alles van God vervloekt. Men gelooft niet meer dat God een enig God is.
De duivelen geloven het wel, en zij sidderen (Jak. 2:19). We zien steeds meer dat de leidsels erop gelegd worden en dat men als een onbesuisd paard zijn ondergang tegemoet snelt. Het is de voorbode van de verwoesting
door de oordelen Gods. Gods volk gaat die oordelen, door genade, niet meer afbidden maar aanbidden. Zo is het in het persoonlijke leven als een goddeloos mens zijn zonden ordentelijk voor ogen gesteld krijgt en het
rechtvaardig oordeel Gods over zo'n vleselijke duivel, maar ook aangaande de toestand van land en volk, kerk en staat. Dan mag mag je, dan moet je, en dan wil je niet anders meer dan de HEERE God te rechtvaardigen:
"Uw doen is rein, Uw vonnis gans rechtvaardig."
M.G. van der Hoeven
Foto: Moderamen generale synode HHK (juni 2019) met o.a. ds. R.P. van Rooijen (preses), ds. L.W.Ch. Ruijgrok (scriba) en ds. K.J. Kaptein (lid)
In 2013 is ook een unaniem besluit genomen op de generale synode van de Christelijk Gereformeerde Kerken
(lees hier). Ze hadden net zo goed dit rapport één op één kunnen overnemen,
want het rapport van de CGK ademt dezelfde geest. In het CGK-rapport spreekt men van homoseksuele broeders en zusters in Christus, net als nu de HHK met hun rapport doen. De HHK heeft het over de
gezindheid van Christus, maar de leer van Christus wordt met voeten getreden door diezelfde HHK. Ze nemen Hem op de lippen, maar verloochenen Hem met de daad.
Ze leren dat een christen tegelijk ook homoseksueel kan zijn (ze spreken over een homoseksuele gerichtheid). Alleen worden homoseksuele relaties en bijbehorende seksuele omgang afgewezen als niet
in overeenstemming zijnde met Gods Woord. Het zeggen homoseksueel te zijn wordt echter niet strijdig geacht met Gods Woord, want dezulke mogen ingeschakeld worden tot opbouw van de gemeente.
Men mag dus ambtsdrager zijn of dominee zijn. Van dat laatste is er het voorbeeld van ds. D. Burggraaf. Die heeft zijn coming out geproclameerd in het 'Reformatorisch' Dagblad en wordt geen strobreed
in de weg gelegd binnen de HHK.