De website van de ChristenUnie (CU) en de pers maken melding van het pleidooi van de CU om de leeftijd voor prostituees en het bezoeken ervan te verhogen naar 21 jaar,
want jonge vrouwen zijn uitermate geschikt om uit te buiten en voor de jonge bezoekers geldt dat zij een verkeerd beeld van seksualiteit en de
vrouw achter de prostituee krijgen. Dit wil men dan doen zolang prostitutie nog legaal is. Eén van de initiatiefneemsters van een daartoe opgesteld manifest
"Aanpak van mensenhandel, uitbuiting en criminaliteit" is mevrouw Tineke Smit van de ChristenUnie-SGP in Den Haag. Ze staat nummer 2 op de lijst voor de
gemeenteraadsverkiezingen aldaar. De CU-SGP combinatie is een partij die in haar verkiezingsprogramma zegt zich te laten aansporen door Gods opdracht om Hem
en onze medemensen lief te hebben en ons in te zetten voor de vrede en bloei van onze stad. We zien het resultaat van deze vleselijke aansporingen met een
leeftijdsgrens voor prostitutie. Het is een partij die de vrijheid van godsdienst bepleit. Ze zeggen hiermee
tegen de profeet Elia dat hij beter maar niet naar de Karmel had moeten gaan want de baäldienst heeft volgens de CU-SGP evenveel rechten als de ware
godsdienst van de God van hemel en aarde. Gezinnen, scholen, kerken, bedrijven, sportclubs en verenigingen vormen volgens de CU-SGP Den Haag de basis van
de samenleving. En inderdaad, kerken met een kleine "k" die veelal niet meer weg hebben van een verenigiging met barbeques, sportactiviteiten met een
omlijste rand van bijbelstudie, en homo propoganda kun je ook onder de noemer van verenigingen en sportclubs scharen. Gods ware volk gruwt echter van dit soort
taal in een verkiezingsprogramma en moet er dan ook helemaal niets van hebben.
Terug naar de titel, die we "Christelijke prostitutie" hebben genoemd. U denkt wellicht: moet dat nu weer zo scherp gezegd worden? Is dit niet meer dan ordinair schelden?
Zo wordt het namelijk al gauw opgevat. Nee, lezers. Het manifest van de CU (en omarmt door de SGP) meent Gode een dienst te doen door het verhogen van de leeftijd voor het bedrijven van
prostitutie of het bezoeken van prostituees, maar het is echter een grove aanslag op de absoluutheid van de wet van God. Het Woord Gods is absoluut en verbiedt
overspel in het zevende gebod. Er staat niet dat overspel verboden is vanaf 21 jaar. Men denkt tegenwoordig allemaal in haalbaarheidstheorieën, want ze
zeggen eigenlijk dat je met het onversneden Woord van God niet kunt aankomen, want dan bereik je het tegendeel van wat je beoogt. Zo schijnheilig als ze zijn
zeggen ze dat niet hardop, maar hun manifesten en hun doen maakt hen openbaar. De Heere Jezus zegt: "Want voorwaar zeg Ik u: Totdat de hemel en de aarde voorbijgaan,
zal er niet één jota noch één tittel van de Wet voorbijgaan, totdat het alles zal zijn geschied." (Matth. 5:18). De apostel Paulus zegt in de Hebreeënbrief:
"Als iemand de wet van Mozes heeft tenietgedaan, die sterft zonder barmhartigheid konder twee of drie getuigen;" (Hebr. 10:28). Gij gelooft dat God een enig God is;
gij doet wel; de duivelen geloven het ook, en zij sidderen (Jak. 2:19). Echter de CU, de SGP en CU-SGP Den Haag sidderen in het geheel niet bij dit soort voorstellen en
schijn-christelijke pleidooien. Wie doorziet het nog mensen? Och, dat mijn hoofd water ware en mijn oog een springader van tranen! (Jer. 9:1a)
Gods Wet dient de grondwet van Nederland te zijn en dan is het afgelopen met leeftijdsgrenzen voor prostituees of bezoekers
ervan. Men gaat overigens een onterechte vergelijking maken met alcoholische dranken, want men zegt dat dit ook schadelijk is voor jongeren en dus heeft men daar
ook een leeftijdsgrens ingesteld. We zien de resultaten, want men verzint allerlei trucs om toch aan alcohol te komen. Denk aan de drooglegging in Amerika in de
vorige eeuw. Echter bij het gebruik van bijvoorbeeld wijn is er nog wel een verschil (zie 1 Tim. 5:23) en zelfs Jezus veranderde water in wijn.
Het misbruiken van wijn tot dronkenschap is echter zonde. Ook het bepleiten van godsdienstvrijheid door CU en SGP is strijdig met Gods Woord en Wet, echter daar stellen ze
geen manifest voor op.
Helaas hoor je geen enkele SGP-er die bepleit om de stekker uit de samenwerking met de CU te trekken, omdat de SGP tegenwoordig zelf godsdienstvrijheid bepleit
en omdat ze zelf massaal kiest uit kwaden (minder koopzondagen is beter dan meer koopzondagen, om maar een voorbeeld te noemen). De SGP doet niet anders dan het
CDA jaren gedaan heeft: vertragingstactiek toepassen. Dat noemt men dan bijbels genormeerde ofwel christelijke politiek. De nieuwe SGP lijsttrekker in Vlissingen,
mevrouw Janse, noemt zichzelf recht door zee, en dat toont ze met haar verkiezingsposter. De eerste slogan op haar poster luidt: Meer koopzondagen, NEE. De tweede
luidt: Sociaal beleid, JA. Dit toont de SGP ten voeten uit, en deze dame wordt met deze poster geen strobreed in de weggelegd. De slogan had moeten zijn: Geen
koopzondagen, JA. Even los van campagne voeren, want daar kan Gods ware volk helemaal niet aan meedoen. En van de tegenwoordige politieke partijen die allemaal
de goddeloze grondwet (met het gelijkheidsbeginsel voor hetero, homo, en transgender) onderschrijven kun je al helemaal geen lid meer zijn, laat staan dat je
kunt participeren in de politiek met een eed op gehoorzaamheid aan deze grondwet en de koning.
Gods volk is geen marsenvolk, geen campagnevolk met onzinnige slogans die een stel leeghoofden bedenken om stemmers te lokken, en geen politici-volk die kunnen kiezen
uit kwaden met een beroep op de Bijbel. Het is één grote poppenkast. Het is allemaal geijver van de oude mens die meent Gode een dienst te doen. Ze schaven Gods Woord en Wet op
allerlei fronten bij om het bij het brede publiek acceptabel te krijgen. Denk maar aan het goddeloze dubbelbesluit van de SGP. Dan mogen ze mee blijven doen aan de
participatie maatschappij van premier Rutte. Geen dominee is er die zijn stem verheft. Dan kunnen er wel bidstonden worden georganiseerd voor gemeenteraadsverkiezingen,
terwijl men als SGP met de CU samenwerkingsverbanden heeft gesmeed, terwijl kerken homobesluiten nemen (denk aan de CGK, PKN, NGK enz..) of onbijbelse homostandpunten vrij baan
geven met onderscheid tussen de zogenaamde geaardheid en praxis (denk aan de HHK, GG) en terwijl men de scheppingsorde aan hun laars lapt met de vrouw in de politiek.
En dan meent men een zegen van God te kunnen afsmeken?
De godzalige prediker Th. van der Groe heeft in een biddagpredikatie over Psalm 119:126 "Het is tijd voor den HEERE, dat Hij werke, [want] zij hebben Uw wet verbroken" gesproken:
Dit woord behelst een allerdroevigste beschrijving van de algemene verdorvenheid,
goddeloosheid en onbekeerlijkheid, waarin een volk kan komen, dat de Heere, met
Zijn Woord en dienst, verbond en instellingen, enz. verwaardigd heeft, boven andere
volken en naties. Tevens, met de gelovige en ernstige klacht van een oprecht
Godzalige ziel, daarover tot de Heere: Dat Hij wilde toch Zelf Zijn genadige en
almachtige hand tot behoudenis en bekering, van de hemel nu openbaren!
Deze 119e psalm is een lang aaneengeschakeld gebed van de vrome koning David, aan
de Heere zijn God, waarin hij zijn ziel geheel voor Hem uitstort, en zijn noden en
begeerten overvloedig aan Hem bekend maakt, zoekende genade, troost en hulp bij de
Heere, Die de enige Heil-rotssteen is, voor alle benauwde gelovige zielen, bijzonder in
een tijd van algemene verdorvenheid en goddeloosheid.
Doch laat ons hier slechts letten, op dit zestiende deel van de Psalm waarin de
tekstwoorden voorkomen: nadat hij in de drie laatste verzen van 't vorige deel van de
Psalm, had gesproken, van de verschrikkelijke oordelen van de Heere, over de
huichelaars en goddelozen, en van zijn diepe vrees daarvoor, zeggende vs. 118, 120:
"Gij verteerd al degenen, die van Uw inzettingen afdwalen", enz.. Zo gaat hij dan nu,
met dit 16e deel over, om God zeer ernstig en ootmoedig te smeken, dat Hij hem, die
altijd een oprechte toeleg en begeerte had gehad, tot 't doen van recht en gerechtigheid,
nu doch, aan 't geweld van zijn goddeloze haters en onderdrukkers, niet wilde
overgeven, vs. 121. Maar veeleer, dat Hij hem, als zijn Borg, toch genadig, in deze
boze tijd wilde bewaren en beschermen, vs. 122. Dan drukt hij uit zijn groot en
langdurig verlangen naar Gods heil, en de genadige vervulling van Zijn toezeggingen,
vs. 123. En smeekt Hem op grond daarvan om genade, om licht en troost, vs. 124. En
dat de Heere Zijn knecht gedurig wilde onderwijzen en leren, opdat hij Hem mocht
kennen, en Zijn getuigenissen standvastig onderhouden, vs. 125.
Ziet, met zulke ernstige en gelovige gebeden tot God, zullen de Godzaligen zich bezig
houden in een boze tijd, waarin de Heere 't land bezoekt, met zonden en met oordelen.
Hierop laat David nu in onze tekst volgen een droevige en benauwde klacht tot de
Heere, over de algemene verdorvenheid en onbekeerlijkheid van de mensen, van zijn
tijd; en hoe nodig de almogende God Zelf diende te werken, enz. zeggende, "het is tijd
voor de HEERE dat Hij werke", enz.
De genoemde biddagpredikatie van Theodorus van der Groe staat ook gepubliceerd op deze website.
De HEERE gedenke ons arme land en volk en gebiede nog Zijn zegen. Het is tijd voor de HEERE, dat
Hij werke!
En als men dan straks een zeteltje weet te bemachtigen in deze of gene stad dan ziet men dit direct als gebedsverhoring.
Lezers, er is bekering nodig, een doorwaaiing van de Heilige Geest onder land en volk, kerk en staat.